Homepagina > Nederland > Contactbrieven > Contactbrief 3e kwartaal 2016 (nr. 201)

Contactbrief 3e kwartaal 2016 (nr. 201)

dinsdag 30 augustus 2016, door Webmaster



.-.-.-.-.-.-.-.-.-.

EDITORIAAL
P. van der Pas
*

HET MENSELIJK RAS en
RACISME

*

VAN RACISME naar SEGREGATIE
*

DISCRIMINATIE
Jan Heuft
*

CHRISTEN-ZIJN en RACISME
*

AFRIKA: van STAMMEN naar NATIES
*

WAT DOET AFRIKA MET HAAR JEUGD?
*

NIEUWSFLITSEN
*

GOED NIEUWS uit AFRIKA
Marien v.d. Eijnden*

OVERLEDEN CONFRATERS
*

HET LAATSTE WOORD
is aan Sector-overste
Piet Buijsrogge

*

.-.-.-.-.-.-.-.-.-.



IN NEDERLAND wonen 3.6 miljoen z.g. ‘allochtonen’. Verschillenden van hen zijn politiek actief in Surinaamse, Turkse of multi-etnische politieke partijen. En waarom niét? Er zijn al partijen voor ouderen, voor dierenvrienden, en dus - zou je zeggen - waarom geen partij voor Nederlanders met wortels in het buitenland? Zo is b.v. Sylvana Simons, een donkere Surinaams-Nederlandse televisie- en radiopresentatrice (zie foto), sinds juni 2016 actief in de politieke beweging ‘Denk’.

Wat je ook van haar politieke ambities en de ideeën van die groep mag denken, de vele duizenden reacties en vooral de lading racistische en seksistische vuilspuiterij die zij over zich heen kreeg, daar wordt een weldenkend mens echt niet goed van. Zo hebben we de laatste jaren nog heel wat meer aan moeten horen, zoals b.v.: “Minder Marokkanen, minder Marokkanen!”, van Geert Wilders. Een zaal met PVV’ers scandeerde het en de man naast Wilders – vol in beeld – stond er bij te lachen. We keken met verbijstering naar de televisie. Dat en nog veel meer hoorden we ook van zijn geestverwanten. We zagen de varkenskoppen in Heesch, het grof en demonstratief racisme in Geldermalsen en elders, en recentelijk na de Brexit in Engeland zagen we eenzelfde soort beerput die open barstte en een aantal Poolse en andere migranten overspoelde. Velen van hen wonen al tientallen jaren als fatsoenlijke burgers in dat land. Wat bezielt mensen die zoiets roepen? Wie roept dit een halt toe?

Al dat choquerende, aanstootgevende en mensonwaardige gedrag was voor ons aanleiding om deze Contactbrief te wijden aan ras, racisme en (rassen)discriminatie. Wij, Witte Paters, zijn in de loop van de jaren zó van Afrika en de Afrikanen gaan houden, dat we niet anders kunnen dan voor hen opkomen en we willen daarmee, als het kan, iedere medemens – waar ook ter wereld – behoeden voor dit soort vernederingen! Nederland is weer een immigratieland geworden met een grote etnische en culturele verscheidenheid. Dat vraagt dat je rekening houdt met elkaars andersheid en elkaars sensibiliteit. Maar blank Nederland en blank Europa lijken daar steeds ongevoeliger voor te worden. De vraag is dan ook: zijn wij hier racistisch en discriminerend aan het worden? Kunnen wij volwassenen een weerwoord geven aan dit soort haatzaaierij? Kinderen (zie foto’s hieronder) begrijpen dat schijnbaar beter! Zou een beetje meer liefde, begrip en tolerantie niet helpen? Mag ik voorstellen om daar samen in deze Contactbrief wat over na te denken?
Piet van der Pas


Zwart of blank, geel, rood of bruin, Eskimo of Pygmee: mensen zijn er in allerlei kleuren, maten en talen. Je kunt je afvragen waar die verscheiden­heid eigenlijk vandaan komt. Je kunt er de bijbel op nalezen of je kunt met de wetenschappers de ontstaansgeschiedenis van de mensheid bestuderen.

De mythische verhalen uit de Bijbel, zeker geen wetenschappelijk werk, vertellen over Noach (Gen. 6:9) en zijn zonen Sem, Cham en Jafeth en hun nageslacht, die zich vestigden in een gebied in de benedenloop van de rivieren Eufraat en Tigris, Sinear [1] geheten, een streek in het noordoosten van het huidige Syrië. Onder leiding van Nimrod bouwden ze daar steden, zoals de drie stadsruïnes die gevonden zijn in het stroomgebied van die Syrische rivieren. In het midden van die stedendriehoek lag de stad Babel. Het ging die stadsbevolking zo voorspoedig, dat ze in trotse roekeloosheid, en tegen Gods uitdrukkelijke bevel in, een bakstenen toren wilden metselen die tot in de hemel reikte. Toen God op bovennatuurlijke wijze hun spraak verwarde, was het afgelopen met de saamhorigheid. De oertalen ontstonden en de mensheid verspreidde zich over de aarde. Naar verluidt hebben Jafeths nakomelingen zich verspreid in de richting van Iran, Turkije, Rusland en Europa; Sems nageslacht koloniseerde de kusten van het Arabische schiereiland, en de acht kinderen van Cham vestigden zich in Egypte en Libië en zakten later af naar sub-Sahara Afrika. Dat is de mythe die de semitische mens zich vormde over het begin van het menselijk ras.

Volgens de wetenschap – die de realiteit op een andere manier benadert dan de bijbel – bestaat het menselijk ras uit groepen over de hele wereld verspreidde mensen die zijn onderverdeeld in verschillende categorieën op basis van uiterlijke en genetische kenmerken. Bij een indeling in rassen ziet de wetenschap zich geplaatst voor een groot probleem omdat het erg onnauwkeurig is. Het is nauwelijks na te gaan waar die rassen vandaan komen en in welke mate zij zich in de loop van de geschiedenis met anderen vermengd hebben.

Wetenschappers op gebied van archeologie en DNA-onderzoek tonen aan dat de homo-erectus al vóór de homo-sapiens, niet vanuit Sinear, maar vanuit Afrika naar Arabië-Azië-Europa-Australië trok. Op basis van vondsten van fossiele overblijfselen veronderstelt de wetenschap dat de mens zijn oorsprong heeft ergens in het Afrikaanse continent zo’n 2 miljoen jaar of meer geleden. De homo-erectus paste deeltjes van zijn DNA aan, aan de daar gevonden omstandigheden; de homo-sapiens nam door kruising met hem deeltjes van die DNA over en integreerde die in zijn systeem om te kunnen overleven. Waarom zij weg trokken uit hun ontstaansgebied? Dat was zeker niet vanwege overbevolking, want die was er niet! Klimaatverandering, nieuwsgierigheid en avontuur zullen wel een rol gespeeld hebben.

In ieder geval is het zo dat in de loop van de geschiedenis zich een natuurlijke selectie in de menselijke situatie heeft voltrokken waardoor geografisch geïsoleerde bevolkingsgroepen verschillende uiterlijkheden en eigenschappen hebben verworven. Vandaar dat de wetenschap ging spreken van drie grote rassen: het Kaukasische ras (ook wel het blanke ras genoemd), het mongoloïde en het negroïde ras. Maar dat was slechts gebaseerd op geografische eigenschappen. Het z.g. negroïde ras, de donkerhuidige volkeren, bewonen het grootste gedeelte van Sub-Sahara Afrika. De term negroïde wordt overigens aangevochten vanwege de verbintenis met racisme. De term roept associaties op met slavernij, kolonialisme en overheersing door de Europese veroveraars en wordt daarom beschouwd als kwetsend; denk maar aan de discussies rond ‘Zwarte Piet’. Toch is negroïde, althans waar het begrip ras nog steeds wordt gebruikt, een gangbare term.

Een voorbeeld van hoogstaande beschaving van het negroïde ras is het Rijk van Kush [2], het “zwarte” Soedan, een Afrikaans volk, volgens de bijbel uit Sems nageslacht. Het maakte deel uit van Nubië, een rijk ten zuiden van Egypte dat een grote bloeiperiode kende en dat meer dan duizend jaar (van 900 voor tot 300 na Chr.) stand hield, langer dan welke Egyptisch rijk ook. Op het hoogtepunt heersen de koningen van Kush honderd jaar lang, niet alleen over Nubië maar ook over Egypte. Later verplaatste het zijn hoofdstad naar Meroë, 200 km. ten noorden van het huidige Khartoem, en daar heeft haar beschaving nog zeven eeuwen lang gebloeid. Kush heeft honderden documenten nagelaten, geschreven in een eigen alfabet.

De contacten van Nubië met haar buurlanden gaan duizenden jaren terug. Door haar strategische ligging tussen Zwart Afrika en de Mediterrane wereld heeft Nubië altijd een vooraanstaande rol gespeeld in het handelsverkeer. Wat dat allemaal aan de rassenverhoudingen in Afrika heeft bijgedragen, daar kunnen we alleen maar naar gissen.

Het begrip "menselijk ras" is in Europa sinds de opkomst van nazi-Duitsland uiterst beladen geweest. Toch is het idee van racisme en raciale superioriteit niet door de nazi’s uitgevonden; het was al bekend in tsaristisch Rusland. Vanwege ons jarenlange intieme contact met Afrika weten wij, witte paters, maar al te goed hoe raciale superioriteit ook onder de westerse koloniale mogendheden in de loop van de 19e eeuw gemeengoed werd. Onze kardinaal Lavigerie heeft fel gevochten tegen de vernederingen die de bewoners van het Afrikaanse continent in de handen van Europeanen en Arabieren moesten ondergaan. Zijn bevlogenheid in de strijd tegen slavernij, racisme en onderdrukking willen ook wij, de Witte Zusters en Witte Paters, tot op de dag van vandaag
voortzetten. Voor ons is het dan ook zonder meer duidelijk dat een beoordeling van mensen op basis van hun ras veroordeeld moet worden als mensonterend.

uit diverse bronnen.


Van racisme naar segregatie is maar een kleine stap. Rassensegregatie houdt in dat iemands ras of etnische achtergrond aangeeft welke rechten hij in de maatschappij kan genieten of juist niet. In de 20e eeuw werd segregatie gesanctioneerd en gestimuleerd door de overheid van diverse samenlevingen, zoals b.v. in Nazi-Duitsland en de Verenigde Staten. Ook in diverse Afrikaanse landen heeft dat onbeschrijfelijke ellende veroorzaakt:

-In Zuid-Afrika was het de Bijbelexegese van vooral de blanke planterstheologen die de maatschappelijk gewenste uitkomst bepaalde. Cham en de donkergekleurde Afrikanen werden ‘zwart gemaakt’ om slavernij en andere niet-Bijbelse racistische houdingen te rechtvaardigen.

Elders hielden christelijke theologen van de 16de en 17de eeuw zich bezig met de vraag of zwarten of indianen wel een ziel hadden. In Nazi-Duitsland werden er uit het begrip ‘menselijk ras’ extreme consequenties getrokken: bepaalde "minderwaardige rassen" moesten worden uitgeroeid. In Zuid-Afrika bestond de rassensegregatie van 1948 tot 1990; bijna een halve eeuw lang. De blanke regering, die maar een klein deel van de bevolking vertegenwoordigde, bouwde aan een strikt doorgevoerde rassenscheiding. Zwarten mochten niet op de parkbankjes zitten of op bepaalde plekken wonen of werken. De Veiligheidsraad van de Verenigde Naties noemde dat een [3] . Het ging over een wettelijke regeling waarbij blank en zwart van elkaar gescheiden werden op grond van hun vooronderstelde ras. Die segregatie kon geografisch van aard zijn, maar werd vaak doorgevoerd door middel van aparte faciliteiten, zoals scholen en ziekenhuizen, en door wetgeving die gold voor de verschillende groepen binnen de samenleving.

 In Namibië voerde de Duitse kolonisator tussen 1904 en 1907 een vernietigingspolitiek jegens de Herero- en de Nama-volkeren, door de Verenigde Naties aangemerkt als de eerste genocide van de 20e eeuw. Tussen 1904 en 1908 zijn daar circa 80.000 mensen om gekomen. Vanaf 1915 stond Namibië onder Zuid-Afrikaans bewind, en ook hier gold de apartheidspolitiek.

 In Rhodesië voerde Ian Smith tussen 1965 en 1979 een blank minderheidsbewind. Hoewel Rhodesië geen apartheidsregime kende, werd Smith door de internationale gemeenschap gezien als een racist en blanke supremacist. De zwarte bevolkingsmeerderheid was niet in de regering vertegenwoordigd.

 In Zimbabwe kwam Robert Mugabe aan het bewind in 1980. Aanvankelijk waren de blanken nog betrokken in het bestuur van Zimbabwe; na 2000 werd de grond van blanke boeren op grote schaal onteigend.

 In Nigeria tijdens de Biafra-oorlog richtten leden van de Haussa-stam zich tegen de Igbo. Hierbij kwamen honderdduizenden Igbo om het leven.
 In 1972 werd de Indiase bevolking door Idi Amin uit Uganda verdreven. Achterblijvers werden vermoord.

 In Rwanda/Burundi vond in de jaren negentig na een uitbarsting van etnisch geweld tussen Hutu’s en Tutsi’s een genocide plaats, die aan zeker 50.000 en waarschijnlijk 100.000 mensen het leven kostte.

 In Sudan brak in 2003 het conflict van Darfur uit, dat leidde tot minstens 300.000 doden en 2 miljoen vluchtelingen. Arabische stammen richtten zich tegen de zwarte Afrikanen.

Hoewel dergelijke conflicten zich ook in verschillende andere landen voordeden en een aantal daarvan rassenscheiding toepasten binnen hun maatschappij, was het gelukkig nooit een algemeen verschijnsel.

Al vanouds stonden multiculturele samenlevingen zoals het oude Romeinse Rijk bekend om hun verwerping van segregatie. Ook de meeste hedendaagse samenlevingen verbieden - God zij dank - elke vorm van segregatie door middel van burgerrechten of keuren het in ieder geval af.


Wanneer kun je zeggen dat iemand DISCRIMINEERT? Dat gebeurt als hij mensen of groepen (meestal minderheden) anders behandelt op basis van afkomst, geloof, politieke of religieuze overtuigingen, sociale gewoonten, sekse, seksuele geaardheid, taal, handicap, leeftijd, enzovoort. Hij heeft vooroordelen tegen die groepen en uit dat in discriminerend gedrag tegenover die anderen. De meest sprekende voorbeelden die wij kennen, en die in de recente geschiedenis ook in praktijk werden omgezet, is de rassenscheiding in de Verenigde Staten van Amerika (pas afgeschaft in 1964) en het al vernoemde apartheidssysteem in Zuid-Afrika. In dat laatste land werden rassen niet alleen gescheiden, maar werden blanken, Aziaten en zwarten bovendien beschouwd als respectievelijk eerste-, tweede- en derderangsburgers. Eerstgenoemden kregen de hogere salarissen en de beste posities, de zwarten de laagste lonen en het ongeschoolde werk.

Wij spreken ook van discriminerend racisme wanneer mensen op grond van culturele of etnische criteria uitgesloten worden; zo beschouwen we in Nederland sociaaleconomische ongelijkheid tussen autochtonen en allochtonen als discriminerend en racistisch. Hier in Nederland bestaan veel vooroordelen en veel negatieve houdingen tegenover migranten en vluchtelingen. Men benadrukt cultuurverschillen en biologische kenmerken. Men generaliseert problemen van enkelingen tot problemen van hele groepen; positief gedrag van enkelen daarentegen wordt geïndividualiseerd. Het is duidelijk dat deze verscheidenheid aan opvattingen kan leiden tot een Babylonische spraakverwarring en dat zal het vinden van oplossingen zeker bemoeilijken.


Pius XI (1857-1939) verzette zich al vanaf het begin van zijn pontificaat tegen elke vorm van racisme. Hij veroordeelde het antisemitisme, racisme en de Jodenvervolging. In 1922 benadrukte hij dat “christelijke liefdadigheid zich uitstrekte naar alle mensen zonder onderscheid van ras". Zeven maanden na zijn aantreden ging ook Pius XII in op het rassenvraagstuk. Het christendom sprak zich uit tegen elke vorm van raciale vijandigheid en richtte zich tegen elke vorm van raciale superioriteit. Er kon geen sprake zijn van raciale verschillen, omdat er slechts sprake was van één enkel menselijk ras.

Ook Paus Johannes Paulus II riep alle rooms-katholieken op af te zien van handelingen die rassendiscriminatie in stand houden of bevorderen. Hij herinnerde eraan dat „die treurige plaag nog altijd in allerlei gebieden in de wereld bestaat, soms in bijzonder wrede vormen". Hij citeerde het Tweede Vaticaans Concilie, dat heeft uitgesproken dat „elke vorm van discriminatie die strijdig is met de fundamentele rechten van de menselijke persoon, of het nu gaat om discriminatie op grond van geslacht, huidskleur, sociale afkomst, taal of godsdienst, uit de weg moet worden geruimd, omdat ze in strijd is met Gods bedoelingen".


Een van de moeilijkste taken die nieuwe Afrikaanse leiders na de onafhankelijkheid op hun bord kregen, was het scheppen van nieuwe naties uit een groot scala van verschillende etnische groeperingen met allemaal hun eigen taal, en die allemaal in diverse fases zaten van politieke, economische en sociale ontwikkeling. Er was weinig dat hen op etnisch en ideologisch gebied samenbond; ze hadden geen sterke historische en sociale identiteit waarop ze verder konden bouwen. Wel had – voor een betrekkelijk korte tijd – het pre-koloniale streven naar onafhankelijkheid hen een gezamenlijk doel voor ogen gesteld, nl. onafhankelijk worden en de overheerser verjagen.

Nationalistische leiders hadden met succes een hele reeks grieven en klachten van de stads- en plattelandsbevolking aangewend om steun voor hun zaak te krijgen. Maar toen zij eenmaal onafhankelijk waren en het momentum van het onafhankelijkheidsstreven was afgezwakt, begonnen andere loyaliteiten en ambities zich aan te dienen. Nieuwe Afrikaanse landen waren staten [4], het waren geen naties [5]. Vandaar dat Félix Houphouet-Boigny zei: “We hebben van onze vroegere overheersers staten geërfd, maar geen naties, want tussen al die etnische groeperingen binnen onze staten bestaan alleen maar heel fragiele banden”.

De stammenfactor– de motor van het etnische bewustzijn – had tijdens de lange koloniale periode inderdaad krachtiger gedraaid dan ooit te voren. De Afrikaanse volken van de pre-koloniale tijd waren een mozaïek van geslachten en clans, dorpen en dorpshoofden, koninkrijkjes en keizerrijken, en kwamen dikwijls tot stand met steeds weer verlegbare grenzen en nauwelijks bindende overeenkomsten. Identiteiten en talen liepen losjes in elkaar over.

Aan het begin van de koloniale periode probeerden Europese administratoren en etnografen de Afrikaanse volken te classificeren en onder te brengen in wat zij stammen noemden. Daarbij produceerden zij nieuwe etnische kaarten waarop zij de grenzen van iedere stam aangaven. De kolonialen wilden herkenbare eenheden die te controleren waren.

Er waren nauwelijks staten die aan die controle ontsnapten. In Tanzania b.v., heeft het, volgens oud-president Julius Nyerere, geholpen

dat de bevolking verdeeld was in meer dan 120 tribale groeperingen, waarvan er geen enkele groot en centraal genoeg was om een dominante positie te veroveren. Hij profiteerde ook van het algemeen gebruik van het Swahili, de taal oorspronkelijk verspreid door de Arabische slavendrijvers en de Nyamwezi dragers/handelaars. De Duitse overheerser gebruikte het vervolgens voor zijn administratie en de Engelsman voor zijn onderwijssysteem. Andere staten moesten het stellen met veel verschillende talen, soms meer dan 100. In totaal waren er meer dan 2.000 talen in gebruik in het Afrika van toen.

Kortom, ‘nationbuilding’ (in het Nederlands ook wel ‘natievorming’ genoemd) is het proces waarbij de culturele identiteiten van verschillende gemeenschappen in een staat als Tanzania steeds meer op elkaar gaan lijken en waarbij de onderlinge verbondenheid steeds groter wordt. Het is vaak het gevolg van de modernisering waardoor de onderlinge contacten toe konden nemen. De overheid heeft daarbij een actieve rol in het bevorderen van een nationale identiteit. Terwijl daarmee de sociale cohesie bevorderd kan worden, kan het tegelijkertijd leiden tot het uitbannen van discriminatie tegen andere stammen en groepen die niet worden beschouwd als leden van de natie.

Het aantal jongeren in de wereld tussen de 12-24 jaar was nog nooit zo hoog: 1.3 miljard. Een recent rapport van de Mo Ibrahim Stichting [6] voorspelt dat na 3 generaties 41% van de jongeren in de wereld Afrikaan zullen zijn. Terwijl terrorisme, radicalisering en onveiligheid toenemen. Heeft dat iets met elkaar te maken?

Dat jongeren in Afrika dikwijls uitgesloten worden van besluitvormende structuren, cultureel, politiek, en economisch, voorspelt niet veel goeds. Het ontneemt hen het gevoel erbij te horen en zich betrokken te voelen. Hoge werkeloosheid en gebrek aan vooruitzichten veroorzaakt grote frustraties, want juist hier ontmoeten georganiseerde misdaad, overlevingsstrategieën en radicalisering elkaar. Gewelddadig extremistische groepen als Al-Shabaab zijn actief en strekken hun invloed en rekrutering uit in een aantal landen, waaronder Kenia, Uganda en Tanzania. Sudan zit midden in een etnische burgeroorlog; in Uganda zijn groepen als ‘The Lord’s Resistance Army’ actief, in Somalië Al-Shabaab en in Nigeria Boko Haram. De meeste strijders in die groepen zijn jongeren.

Een aantal Afrikaanse regeringen – in plaats van op te roepen tot dialoog en inzicht te krijgen in de achtergronden die tot misdaad en radicalisering aanzetten – onderdrukken op autoritaire wijze alle afwijkende meningen en bestempelen die als misdadig. Zo worden bepaalde bevolkingsdelen systematisch als niet gewenst gekenmerkt, waarvan opnieuw het merendeel de jongeren zijn.

Wanneer samenleving jongeren uitsluit van bestuur en leiderschap, voelen jongeren zich vervreemd. In misdadige en terroristische groeperingen vinden zij dan erkenning, en krijgen het gevoel dat ze erbij horen en overleven. Ongunstige politieke en economische omstandigheden, religieuze en etnische discriminatie en overdreven antiterrorisme-operaties, zetten aan tot radicalisering. Dialogeren en jongeren betrekken bij de maatschappij is het enige alternatief, als Afrika duurzame vrede en ontwikkeling wilt kennen.
ISS


ROME: Op 27 mei werd pater Stan Lubungo tijdens het Kapittel in Rome gekozen tot Algemene Overste van de Sociëteit. Hij volgt daarmee pater Richard Baawobr op die op 7 mei bisschop werd gewijd van Wa in Noord-Ghana. Stan werd op 16 juni 1967 geboren in Ndola, Zambia. Hij werd priester gewijd in 1997 en werkte daarna voor een paar jaar als missionaris in Congo. Toen werd hij benoemd voor studies aan het Gregorianum in Rome en daarna in Dublin, waarna hij in 2005 leraar werd in ons vormingshuis in Abidjan, Ivoorkust. In 2012 kwam hij naar Parijs voor verdere studies aan het ‘Institut Catholique’. In 2015 werd hij Provinciaal van de Zuid-Afrikaanse Provincie van de Witte Paters.



Als assistenten van de nieuwe Algemene Overste (op foto hieronder links) werden de volgende vier confraters gekozen (v. l. n. r.):
 Didier Sawadogo (*1967) uit Ouagadougou, Burkina Faso. Hij werkte in Mali en Burkina Faso, maar was ook een aantal jaren in Rome waar hij tot heden studeerde voor een doctoraat.
 Francis Barnes (*1950) uit Groot-Brittannië, werkte in Burkina Faso, deed roepingen-animatie in Polen en werkte in onze vormings-huizen van Zambia en Kenia en was tot voor kort assistent van de Europese Provinciaal.


 Martin Grenier (*1963) uit Beauceville in Canada, deed drie jaar pastoraal werk in Zambia, werd benoemd in een vormingshuis in Bangalore, India, en daarna in Jinja, Uganda. Tot zijn verkiezing als assistent van de Algemene Overste werkte hij in het Afrika Centre in Montreal, Canada.
 Ignatius Anipu (*1959) komt uit Ghana. Hij werkte in Niger waarna hij ging studeren aan het PISAI [7] in Rome. Hij keerde terug naar Niger maar ging daarna opnieuw voor studies naar Parijs, London en Abidjan. Hij kwam naar het Kapittel als provinciaal van West-Afrika.


HEYTHUYSEN: Op 21 juni had in Heythuysen een vergadering plaats van de sectorraad waarbij pater André Simonart, de Europe-se Provinciaal uit Brussel, aanwezig was in verband met de benoe-ming van een nieuwe Sector-Overste. Na de verkiezingsuitslag bekend gemaakt te hebben, stelde André Piet Buijsrogge aan als nieuwe Sector-Overste, ingaande per 1 juli 2016 tot 30 juni 2017.

Tegelijkertijd werd afscheid genomen van Wim Wouters die tot op heden deze taak met toewijding vervulde. Dank aan Wim en veel succes toegewenst aan Piet.


VROUWELIJKE KANDIDATEN VOOR HET TANZANIAANSE PARLEMENT kunnen in de toekomst steun verwachten van de ‘Private Sector Foundation’ voor de volgende algemene verkiezingen.

Vrouwelijke parlementariërs in Tunesië.

Nu zijn 22 van de 357 zetels in het parlement ingenomen door vrouwen, ver beneden het 50 % quotum, zei Mary Nagu, minister van staat voor investeringen en capaciteit opbouw. Tijdens een fonds-wervingslunch in Dar-es-Salaam riep zij zowel dames als heren op om een grotere gendergelijkheid onder gekozen parlementariërs met kracht te steunen. Die gelegenheid bracht € 11.000,- op als een begin.
The Guardian


EEN PROJECT IN KENIA VAN INTERNATIONAAL LANDBOUWON-DERZOEK en ondersteund door de Wereldbank, stimuleert boeren in ‘klimaat-slimme dorpen’ om te werken in groepen om meer te produceren op kleinere stukken land met behulp van toegespitste technologie. Hen wordt aangeleerd hoe ze op hun boerderij het jaar rond kunnen blijven telen, waardoor ze meer verdienen. Zo ontdekken ze onder meer glastuinbouw en druppelirrigatie, tech-nieken die hun productie in sommige gevallen met 60% deed stijgen terwijl ze tegelijk ook meestrijden tegen de klimaatverandering. IPS


IN PEMBA, EEN EILAND TEN NOORDEN VAN ZANZIBAR heeft ‘Gemeenschapsbossen Pemba’ in samenwerking met landelijke gemeenten, meer dan een miljoen bomen geplant in een herbebossing campagne. De heer Mbarouk Mussa Omar, de Directeur van de organisatie, zei: “Meer dan 70 mannen, vrouwen en hun kinderen werkten samen om dat miljoen te halen”, en voegde er aan toe: “De bomen werden geplant om het natuurlijke milieu te herstellen, de klimaatsveranderingen te verzachten, en het inkomen van de plaatselijke bevolking te verhogen”. Die organisatie samen met zijn partner, Gemeenschapsbossen Internationaal, heeft daar met 15 landelijke gemeenten gewerkt om 35 soorten bomen te planten voor timmerhout, voor fruit en milieubescherming.
Tanzania Daily News


KOFFIEPRODUCERENDE OOST AFRIKAANSE VROUWEN, die door het Internationale Handel Centrum (ITC) uitgenodigd werden deel te nemen aan een conferentie en tentoonstelling van de Afrikaanse Fijne Koffie Associatie (AFCA),

hebben opdrachten ontvangen ter waarde van € 1.5 miljoen. Het ITC samen met de Internationale Vrouwen Koffie Alliantie (IWCA) hielp 40 vrouwen uit Burundi, Rwanda, Kongo, Ethiopië, Kenia, Tanzania en Uganda, om hun profieldocumenten aan te maken met beschrijvingen van het soort koffie en de hoeveelheid die zij kunnen leveren. ITC gaf hen ook rollenspel trainingen in hoe hun koffie aan te prijzen en hoe met mogelijke kopers te onderhandelen. "Het was een prachtgelegenheid de markt te leren kennen", zei Diane Koriciza van Burundi. En Sara Yirga van Ethiopië echode: "Voor mij was het contact met kopers het hoogtepunt ... en de trainingen hebben goed geholpen".
International Trade Centre


VROUW IN ROLSTOEL LEIDT WEESHUIS. Paula Mwangi, 42-jarige moeder van 2, begon St Paula’s Lagere School in haar woonkamer in Uthiru Kenia, voor weesjes, en behoeftige of gehandicapte kinderen. Zelf was zij onderwijzeres en kon lopen tot 2006; zij kreeg meningitis, genas, maar geraakte toch in een rolstoel. Zij verliet toen de school en begon haar schooltje in haar huiskamer. Voor haar is dienst aan de mensheid godsdienst, en haar vaardigheden als onderwijzeres en moeder gebruikend, is zij nu zowel onderwijzeres als opvoeder van deze kinderen, van kleuterschool tot de 3e klas. Voor hun voeding gebruikt zij eigen spaargeld, voor de rest giften en bank leningen. Om wat te verdienen maakt zij in haar vrije tijd sieraden en houdt konijnen. Zij begon met 5 kinderen, en heeft er nu 15, met een staf van 4 om haar bij de verzorging te helpen. Mijn motivatie is mijn eigen ervaring van wat het betekent gehandicapt te zijn. Ik zag dat deze kinderen verwaarloosd werden en hulp nodig hadden.
Daily Nation 4-3-2016.


VOORUITGANG IN HET OPLOSSEN VAN WERKELOOSHEID. De regering van Tanzania bereikte belangrijke resultaten in wegenbouw, verbetering van de watervoorziening en sanitaire diensten, uitbreiding van het elektriciteitsnet, en investeerdervriendelijke wetten die plaatselijke en buitenlandse ondernemingen aantrekken. Naarmate de investeringen toenemen, zullen de werkeloosheidsproblemen afnemen.
Sub-Sahara Afrika toont verbeterde handelsnetwerken, ontwikkeling van de infrastructuur, sterkere economieën en een stabielere politieke situatie, wat belangrijke ingrediënten zijn voor toenemend investeren en scheppen van banen. Tanzania is op weg een middeninkomen land te worden tegen 2025; en met het "Hapa kazi tu" [hier wordt gewerkt] initiatief van de nieuwe president John Magufuli is er een goede kans dat de werkeloosheidsproblemen sterk afnemen in de komende 10 jaar. Tanzania slaat ook een goed figuur wat betreft een gunstig klimaat voor zowel werknemers als ondernemers. Wereldwijde werkeloosheid is 13 %; in Sub-Sahara Afrika 11.6 %; Noord Afrika 30 %; terwijl Zuid-Afrika het laagst heeft 9.9 %.
Tanz. Daily News 5-2-2016


STEDEN VERFRAAIEN. EXIM Bank Tanzania heeft beloofd door te gaan met het verzorgen van enige kleine parken in Dar-es-Salaam in lijn met hun collectieve sociale verantwoordelijkheid. Door hun "Dar Stadsverfraaiings Campagne", begonnen in 2012, speelt het een belangrijke rol in het onderhouden van kleine parken hoofdzakelijk in het centrum van Dar-es-Salaam. De bank zorgt voor die langs Ohio- straat, rond de Klokkentoren, en in Kariokoo (de klank nabootsing van "Carrier Corps", de legereenheid dragers dat er begin 1900 gelegerd was). EXIM bank directeur, Hr Dinesh Arora, zei dat properheid en schoonheid van de steden in het land een onderdeel zijn van hun beleid voor collectieve sociale verantwoordelijkheid in het belang van het milieu. "Dar-es-Salaam is de naaf voor handel en zakelijk verkeer in Tanzania. Schoonheid en properheid waarborgen de stroom van investeerders en toeristen naar de stad".
Daily News 14-11-2014


TANZANIA/KENIA: GÉÉN OLIFANTENSTROPERS MEER IN 5 JAREN. In de 500 km. grensstreek van Tanzania-Kenia wordt al sinds 5 jaar géén geval van olifant stropen meer gerapporteerd. Het aantal olifanten is in feite weer aan het toenemen.

"Bij een telling in 2010 van de dieren in het wild waren er 1200. Bij de volgende telling in 2013 waren het er 1900. Een toename van over de 700!!", zei Julius Cheptei van de Kenia Natuur Reservaten Dienst. Dit succes werd behaald door plaatselijke bewoners te trainen als opzichters die officieel in de streek patrouilleren, en door het betrekken van dorpelingen, koeherders en vrouwen, om elke verdachte stroper in de buurt te rapporteren.
Tanzania Daily News



WASSENBERG. Pater FRITS

Frits werd geboren in Roermond op 24-8-1924. Hij verbond zich op 27 juli 1950 door een eed van trouw aan onze Sociëteit en werd op 31 mei 1951 in Monteviot priester gewijd. Hij was praktisch van aard, had een vastberaden wil, was plichtsgetrouw en zeer principieel, met een gevoel voor orde en methode.

In december vertrok hij naar Uganda, waar hij zich verdiepte in de taal en gebruiken en begon aan zijn pastorale taak in de parochie Busubizi. In januari 1953 werd hij benoemd voor het klein seminarie te Kisubi. In september 1954 keerde hij terug naar parochiewerk in Entebbe, waar zij veel bezoekende missionarissen ontvingen! Die kwamen naar de drukkerij, anderen om er te overnachten tijdens de chartervluchten met RAPTIM. Dan was een heel vliegtuig gevuld met zusters, broeders, priesters. In september 1956 ging hij naar de Ssese eilanden. Een vijftal eilanden vanaf Entebbe 60 km het Viktoriameer op naar het zuiden, met slechts 3000 inwoners. De priesters gebruikten een motorboot voor hun pastorale bezoe-ken. Frits vond het “Robinson Crusoé achtig”. Volledig het tegenovergestelde van Entebbe; niemand kwam hen daar een bezoek brengen.

In 1957 werd hij benoemd voor de parochie Kisubi. Daarna volgde benoemingen voor Mugalike (1960); Busubizi (1963); Mubende (1963); Bukalammuli (1966); Bujuni (1967); Kitana (1968); Kakindi (1972); Kitana (1973); Munteme (1980), en Buliisa (1981). Zijn levensverhaal leest als een adresboekje. Zijn rechtlijnige principes, vooral met betrekking tot kerkregels, kon mensen doen verzuchten zoals een provinciaal in een brief aan hem begon: “Maar Frits toch ...” Zijn boute woordkeuze kon relaties doen verkoelen.

Na 34 jaar Uganda kwam Frits in 1985 voorgoed naar Nederland, waar hij nog wat pastoraal werk deed. De bisschop benoemde hem in mei 1986 in Bergen (L) en later in Borgharen. Geleidelijk aan ontstonden er spanningen met parochianen en in maart 1993 vroeg Frits dan ook ontslag.
Hij ging in onze gemeenschap in Tilburg wonen en verhuisde in juni 2001 naar Heythuysen waar hij op 24 juni 2016 overleed.

“De ijver voor uw huis zal mij verteren.”
Joh.2,17



VLIJMEN. Pater FRITS VAN overleed in Heythuysen op 11 augustus bij het ter perse gaan van deze uitgave van de Contactbrief. Zijn memoriam zal worden gepubliceerd in december.


OVERLEDEN WITTE ZUSTER en OVERLEDEN FAMILIELEDEN

• 8-7-2016 te Nuland: Zr. Josina van de Wiel, MSOLA.
• Martien Vernooij, priester bisdom Utrecht, broer van confrater Harrie Vernooij; overleden 25-6-2016 te Cothen
• Piet Kooiman, ex-wp; overleden in Rwanda rond 28-6-2016
• Jan W.H. Eilers, weduwnaar van Tonnie v.d. Peet, zwager van confrater † Gerard v.d. Peet; overleden te Best 6-7-2016
• Constant Wijffels, broer van Tom Wijffels: Dongen 8 juli 2016


Racisme, segregatie, discriminatie, het is allemaal vaak een zaak van vooroordelen. En een vooroordeel is meestal een verkeerd en onjuist oordeel.

Dat doet me denken aan een voorval dat ik heb meegemaakt, jaren geleden toen ik op verlof kwam uit Burkina Faso. Ik was ‘s morgens na een nachtelijke vliegreis in Parijs aangekomen en besloot direct met de trein door te reizen naar Roosendaal en vandaar naar Goes. Nu stapte ik toevallig in een wagon die uit het zuiden van Spanje kwam en die in Parijs aan de trein naar Amsterdam was gekoppeld. Deze wagon zat vol met mensen die terug kwamen van vakantie, o.a. veel Marokkanen. Het was begin augustus.

Omdat ik een zware koffer bij me had wou ik daar niet mee gaan sleuren en besloot in de gang te blijven staan. Toen kwam er op het laatste moment nog een oudere dame instappen met haar (schoon?)dochter. Zij keek in verschillende coupés voor een plaats en ik hoor haar heel hard tegen haar reisgenote zeggen: “Och jee, die trein zit vol met Arabieren. Je moet niet verwachten dat die voor je zullen opstaan!!”en ze zijn verder gegaan naar een andere wagon.

Maar de trein was nog maar goed aan het rijden, of een jonge Marokkaan kwam uit de coupé en vroeg me: “Mijnheer wilt u misschien op mijn plaats zitten?” En ik heb verder de hele reis gezellig zitten praten met de mensen in die coupé. De meesten bleken trouwens Nederlands te spreken, sommigen met een sterk Antwerps accent, anderen plat Rotterdams.

Het is eigenlijk jammer dat die dame dit niet heeft meegemaakt. Het bewijst weer eens hoe gemakkelijk we bevooroordeeld zijn en ons oordeel feitelijk helemaal verkeerd is. Het laat ook zien hoe belangrijk het is elkaar beter te leren kennen. Dan vallen er heel wat scheidingsmuren weg.


Portfolio


[1"Sinear" betekent; "land van (de) twee rivieren". Het is een oude naam voor het gebied dat later bekend werd als Babylonië of Chaldea.

[2Kush (ook wel Koesj) was in de oudheid een rijk in Nubië, gecentreerd in het gebied waar de Blauwe Nijl en Witte Nijl samenvloeien.

[3"misdaad tegen de menselijkheid"

[4Een STAAT is allereerst een organisatie. Een staat kan alleen bestaan wanneer er bepaalde regels gelden en bepaalde rollen zijn toegekend aan individuen die er voor zorgen dat er een verenigd geheel ontstaat met een doel en dezelfde interesses. De organisatie heeft maar één doel. Dat is namelijk het uitvoeren van alle politieke zaken. Dit is het duidelijkste zichtbaar in seculaire staten, waarbij religie en politiek gescheiden zijn. Het doel is de bevolking die het territorium van de staat bewonen, onder controle houden.

[5Een NATIE is een bevolkingsgroep die als groep te onderscheiden is van andere bevolkingsgroepen. De individuen in een natie hebben dezelfde etniciteit, cultuur en taal. Ze streven er vrijwel altijd naar een eigen staat te hebben voor hun natie alleen.

[6De Mo Ibrahim Stichting werd opgericht door voormalige Sudanese telecom gigant, Mo Ibrahim, om goed bestuur en degelijk leiderschap in Afrika te stimuleren. Aan de hand van verschillende indicatoren wordt de kwaliteit van bestuur in Afrika gemeten.

[7Het Pauselijk Instituut voor Arabische en Islamitische Studies, meestal afgekort tot PISAI, is een rooms katholiek Instituut dat tot doel heeft het onderwijzen van de Arabische taal en de islamitische godsdienst en cultuur, ter bevordering van een vruchtbare dialoog tussen christendom en islam.