Homepagina > Afrika > Algerije > TOCHT NAAR DE WOESTIJNKLUIS CHARLES DE FOUCAULD.

TOCHT NAAR DE WOESTIJNKLUIS CHARLES DE FOUCAULD.

donderdag 24 november 2011, door Geert Groenewegen, m.afr.

TOCHT NAAR DE WOESTIJNKLUIS
CHARLES DE FOUCAULD.

Ik ben op bedevaart geweest en wel naar de plek waar Charles de Foucauld het grootste gedeelte van zijn leven gesleten heeft tussen de Touaregs in de Sahara. Ik reisde dus naar Tamanrasset, een stadje met nu 100.000 inwoners, bijna 2000 km. ten zuiden van Algiers. Dit is verder dan van Algiers naar Amsterdam. Ik nam het vliegtuig want per bus zou dat ruim 24 uur gekost hebben en per vliegtuig maar tweeënhalf uur. Om in vorm te komen was ik al drie weken iedere dag aan het oefenen geweest met wandelen. De stad is stoffig en zanderig en veel huizen zijn nog gebouwd met gedroogde klei/zand. De stad ligt ook dicht bij verschillende landen zoals Libië, Niger, Mali en Mauritanië. Het is het knooppunt van waaruit deze landen samen proberen om het Al Qaida probleem onder controle te houden. We waren met acht mensen en logeerden bij de Congregatie van de Broeders en Zusters van Charles de Foucauld, die zijn levensstijl proberen na te volgen.

Na een hartelijke ontvangst gingen we de volgende dag op weg met twee van die Broeders. We werden op zo’n 60 km. van de stad gedropt en gingen te voet verder. Dat betekende eerst vier nachten survivalen in de wildernis. We liepen ’s ochtends en ’s middags een paar uur en sliepen op een matje in een slaapzak zo maar ergens uit de wind. We kookten ons eigen potje en het brood dat de eerste dag nog zacht was werd geleidelijk harder. Uiteindelijk maakten we er een soepje van in een bord met koffie! Pasta met een blikje tonijn was iedere dag het hoofdgerecht.

Ik verwachtte veel zon maar heb geen zonnebril op gehad vanwege de wolken en nu en dan wat regen! Ik verwachtte zand met heb alleen maar stenen gezien. We liepen namelijk in het Hoggar-gebergte, een vulkanisch gebied waar graniet en basalt het hoofdmenu zijn. Hitte en kou hebben die rotsen doen versplinteren, vergruizen of verpulveren en er was geen struik te zien. Behalve dan in sommige dalen waar de regen was blijven steken en waar een beetje struiken en een enkele boom in leven proberen te blijven. Dus van de top van de bergen tot onderaan alleen maar keien. Als je even uitrustte had je dus gauw een steen om op te zitten. Ik verwachtte hitte en voelde alleen maar koude, vooral ’s nachts. Een trip vol verrassingen dus en dat geeft, na afloop, een goed gevoel.


Uiteindelijk brachten we drie nachten door op een hoogplateau waar genoemde Charles de Foucauld ook een tijd geleefd heeft. Op die plek, Assekrem genaamd, leven ook vandaag drie Broeders van Charles de Foucauld, die de vele bezoekers, toeristen zowel als pelgrims, ontvangen.

We genoten van de stilte, van de natuur, en luisterden vooral naar onszelf. De weg terug werd per auto afgelegd via een piste die niet bepaald prettig lag. Ik zat gelukkig tussen twee gezette personen die als schokdempers functioneerden. En na nog een afscheidsdag in Tamanrasset nam ik het vliegtuig terug naar Algiers en de bus naar Tizi-Ouzou waar ik U nu in alle rust dit verhaaltje kon produceren.

(Zie internet voor de levensbeschrijving van Charles de Foucauld)

Geert Groenewegen, m.afr.