Homepagina > Onze overledenen > Jaar 2008. > Zuster Antonette van den Oever overleden.

Zuster Antonette van den Oever overleden.

vrijdag 14 november 2008, door Webmaster

IN MEMORIAM


Antonette van den Oever
(Zr. Modest )

 Geboren in Sint Oedenrode : 10 juli 1920
 Eerste professie : 2 mei 1944
 Overleden in ‘s-Hertogenbosch : 10 november 2008


Omringd door medezusters, familie en kennissen hebben we op 14 november 2008 afscheid genomen van Zr. Antonette in het woon-zorgcentrum Molenweide in Boxtel. Daarna werd zij begraven op de begraafplaats Munsel te Boxtel, waar zij rust temidden van haar medezusters. Tijdens de uitvaartdienst werd haar missionarisleven door Jeanne Simons als volgt verwoord.

Zuster Antonette werd geboren in St. Oedenrode op 10 juli 1920 als eerste in een gezin van drie kinderen. Samen met haar broer en zus, had ze een gelukkige en onbezorgde jeugd.
Ze had ook een christelijke opvoeding genoten die een leidraad is geweest in haar leven als missionaris. Ze vertelde dat op zevenjarige leeftijd, het verlangen in haar ontstond om naar het klooster te gaan. Later, toen ze vijftien jaar was, zag ze in het tijdschrift “De Kroniek van de Witte Zusters”, een groepsfoto van Missiezusters van Onze Lieve Vrouw van Afrika en dat deed haar besluiten om naar de missie in Afrika te gaan. Ze heeft nooit getwijfeld aan haar missionaire roeping.

Op 12 mei 1941 is ze ingetreden bij de Missiezusters van O.L.Vrouw van Afrika in Esch.
Haar broer bracht haar weg met paard en rijtuig. De vormingsjaren, postulaat en noviciaat, voltrokken zich gedurende de oorlogsjaren. Ze deed haar eerste professie in 1944 en kreeg de naam “Modeste”, wat betekent: “bescheidenheid”. Deze betekenis heeft haar leven gekenmerkt. Ze was altijd aanwezig, maar nooit op de voorgrond tredend.
Na de oorlog in 1945, vertrok ze vanuit Boxtel naar Noord-Afrika waar ze was benoemd voor Biskra en later voor Laghouat. Ze werkte er samen met de zuster econoom in een ziekenhuis en had diverse andere taken.
Biskra en Lagouat liggen in de Sahara. Ze genoot van het woestijnlandschap, ondanks het vermoeiende, hete klimaat. Met een andere zuster ging ze de vrouwen van de nomadenfamilies opzoeken. Die woonden in tenten in de woestijn. Ze kreeg les in de Arabische taal en kon daardoor goed in contact komen met die vrouwen.
Ze beleefde deze tijd als de mooiste en rijkste ervaring aan het begin van haar missionaris- leven. Overal waar ze was, had ze bewondering voor de natuur en genoot ze van de stilte.

Op 2 Mei 1947 deed ze haar eeuwige professie in ons toenmalige moederhuis in Algiers.
Toen brak er een nieuw tijdperk aan. Haar grote droom werd werkelijkheid. Ze mocht vertrekken naar de binnenlanden van Afrika, namelijk naar Oost-Afrika. Haar eerste post was Kisubi in Uganda, waar ze 12 jaar met plezier heeft gewoond en gewerkt. Ze leerde er de lokale Ugandese taal. Een paar jaar later ging ze naar een andere missiepost in Uganda, Villa-Maria.
In 1956 trok ze de grens over naar het buurland Kenya en woonde ze in Thika. Antonette leerde er Kiswahili en de lokale taal het Kikuyu.
Overal was haar hoofdtaak werk met de vrouwen. In de plaatsen waar wij toen nog ziekenhuizen en kostscholen hadden, was ze belast met het toezicht houden op het personeel in dienstverband. Met hen en ook hun gezinnen had ze goede contacten en ging hen bezoeken bij hen thuis, vooral als ze ziek waren.

In 1961 kwam zij na vijftien jaar missiewerk voor de eerste keer met verlof naar Nederland.
Van die gelegenheid heeft ze gebruik gemaakt om een verdiepingscursus te volgen en maakte zij een 30 daagse retraite die heel bijzonder voor haar was en verrijkend.
Daarna ging zij weer terug naar Kenya. Eerst voor enkele jaren naar Mombasa waar onze zusters belast waren met een belangrijke middelbare school waar zij ook bij betrokken was.

Van Mombasa ging zij naar Thika, deze keer om te helpen in het noviciaat van de Kenyaanse Zusters. Zij leefde met hen onder hetzelfde dak en heeft zo de Afrikaanse cultuur van dichtbij en daadwerkelijk meegemaakt.
In 1970 kwam zij voor een langere periode terug naar Nederland en hielp thuis met de verzorging van haar moeder.

In 1974 ging zij weer terug naar Kenya, deze keer naar Nairobi en Kiriko. Daar gaf zij naailessen aan groepen vrouwen. Zij sprak de lokale taal en het Kiswahili goed en had altijd alle aandacht voor hun verhalen. Wat vooral voor haar een onvergetelijk herinnering is gebleven zijn de vriendschap en de goede gesprekken met de vrouwen. Zij spraken dan ook vaak hun waardering uit zowel over de handwerklessen als over de onderlinge relaties.
Echter ook in Uganda kende men haar en in 1980 werd zij teruggeroepen naar de eerste missiepost Kisubi, waar zij was begonnen. Deze keer om er de leiding van de communiteit op zich te nemen en te werken met de vrouwen.
Kenmerkend was haar bewondering voor de natuur. Ze kon dan ook onze Stichter, Kardinaal Lavigerie nazeggen:
“Alles heb ik bemind in Afrika “.

In 1984 was de tijd aangebroken voor haar definitieve terugkeer naar Nederland.
Na 35 jaar in Afrika gewoond te hebben, was de aanpassing erg groot.
Ze kreeg een taak als verantwoordelijke van de communiteit in Huize Steenwijk in Vught.
In verschillende communiteiten waar ze geweest is, heeft ze haar beste krachten ingezet en werd ze gewaardeerd.
Toen er in 1988 een vraag kwam om nogmaals terug te keren naar Kisubi, haar allereerste missiepost, was het niet gemakkelijk daar een antwoord op te geven. Ze vond dat ze eerlijk moest zijn naar haarzelf toe en erkennen dat ze niet meer de kracht had om naar Afrika terug te gaan. Het kostte haar heel veel dat toe te geven.

Ze had ook een groot gevoel voor rechtvaardigheid en sprak zich daarover uit als ze merkte
dat die in het geding kwam.
Na enkele gelukkige jaren in het kloosterverzorgingshuis in Etten-Leur te hebben gewoond, heeft ze haar intrek genomen in het kloosterverzorgingshuis “Molenweide”. Ze bevond zich zo dichterbij haar woonplaats St. Oedenrode en haar familie. Ze voelde zich gauw thuis in het gezelschap van de zusters van J.M.J. en de andere bewoners.

Haar belangstelling voor Afrika is gebleven en ze correspondeerde met enkele Afrikaanse zusters en vrouwen die ze goed kende Vorig jaar heeft ze nog het geluk gehad om een Afrikaanse zuster te ontmoeten die op doorreis was naar Uganda.
Antonette was geen persoon die op de voorgrond trad maar was altijd klaar om een dienst te bewijzen in alle eenvoud. Ze was heel blij dat ze nu meer tijd had voor stilte en gebed en zo kon ze zeggen dat zij ervan overtuigd was dat we missionarissen blijven tot het einde van ons leven en dat ook in de laatste fase daarvan, we door ons gebed een vruchtbare bijdrage kunnen geven

Vorige week werd zij opgenomen in het ziekenhuis. Daar bleek dat een operatie noodzakelijk was. Ondanks alle goede zorgen bleef herstel uit en gesterkt door het Sacrament van de Zieken is zij, in het bijzijn van haar familieleden en zusters, rustig ingeslapen.

Hartelijk dank aan het verzorgend personeel van Molenweide voor alle goede zorgen die ze dagelijks mocht ontvangen. Ook aan haar zus, schoonzus, neven en nichten die haar heel nabij waren en haar vaak kwamen bezoeken

Antonette, nu is de tijd aangebroken voor stilte, vrede en nabijheid van de Heer, voor wie jij je leven hebt gegeven en voor de mensen in Afrika.
Ze hebben je ook nu nodig vergeet Afrika niet.

RUST IN VREDE