Homepagina > Onze overledenen > Jaar 2015. > Pater Pieter Wels overleden.

Pater Pieter Wels overleden.

zondag 6 september 2015, door Webmaster



In medeleven en dankbare herinnering

delen wij U mede dat

Pater Pieter Wels
Petrus Helenius,

van de Missionarissen van Afrika
- Witte Pater,

is overleden in de nacht
van 4 september 2015


_


Pieter werd geboren op 5 maart 1937 te Zuilen (U). Rond zijn 9e jaar verhuisde het gezin naar Tilburg; Hij had een tweelingbroer Leo. Om missionaris te worden volgde hij de opleiding in onze vormingshuizen Sterksel, Santpoort, St.Charles bij Boxtel, Alexandria-Bay in de V.S., en Ottawa in Canada, waar hij zich op 23 juni 1962 door een missionariseed verbond aan onze Sociëteit. Hij werd gewijd op 6 juli 1963 te Utrecht.

Pieter had een gezond verstand. Hij was praktisch van aanleg en goed van karakter. Hij had behoefte aan structuur, alles op uur en tijd; werk met een regelmatig tijdrooster was dan ook ideaal voor hem. Hij was steeds bereid een dienst te verlenen; was een harde en regelmatige werker, een doorzetter die wist wat hij wilde. Toch kon hij soms moeilijk tot een beslissing kon komen en hij trad niet graag op de voorgrond.

In de herfst van 1963 volgde Pieter een pastorale kursus van 3 maanden in Mours bij Parijs. Omdat hij benoemd was voor Mozambique ging hij in februari 1964 naar Portugal om er Portugees te leren. Juni dat jaar vertrok hij naar Mozambique, naar het aartsbisdom Beira. Omdat hij benoemd was voor het klein seminarie bracht hij het eerste jaar door in 2 plattelands- en 1 stadsparochie om de Sena streektaal en cultuur te leren en zo de achtergrond te leren kennen van de seminaristen. De Portugese autoriteiten, zowel burgerlijk als kerkelijk, zagen dat niet graag omdat zij vonden dat de Witte Paters zo de Mozambique cultuur stimuleerden en de inplanting van de Portugese cultuur tegenwerkten. Al hun brieven werden geopend en gelezen door de censuur!

September 1965 werd hij leraar op het klein seminarie Zóbuè, voor 3 bisdommen, 160 studenten (later 190) over 7 leerjaren verdeeld; hij gaf Godsdienst, Latijn, en Portugees. Het was het enige seminarie dat nog niet door Portugese priesters geleid werd.
Per juli 1967 werden de Witte Paters na 18 jaar dienst nogal abrupt opgedragen het over te dragen aan Portugese Jezuïeten. Dit was de eerste officiële uiting van de groeiende wrijving tussen de autoriteiten en de Sociëteit van de Witte Paters tot die in 1971 besloten zich als groep, in protest uit Mozambique terug te trekken.

In september 1967 ging Pieter naar de parochie Báruè, vrij uitgestrekt, dun bevolkt, 22 kerkdorpen. In de geest van het Tweede Vaticaans Concilie werkten de Witte Paters voor een echte plaatselijke kerkgemeenschap en voor inculturatie. Zij gingen meer nadruk leggen op de voortgaande geloofsvorming van volwassenen en op gezinsbezoek in de kerkdorpen; in 1968 werd hij er pastoor. De bisschop en de regionale overste waren er tevreden mee, maar politiek werd dit pastorale beleid uitgelegd als anti-Portugees; de censuur van alle brieven werd nog strenger, en er gingen valse klachten naar de geheime politie.

Na een goede rustperiode in Nederland vertrok Pieter in maart 1971 naar Malawi, om in Lilongwe 2 maanden de Chewa taal en cultuur te leren. Het verschil van een vrij land viel hem op: de bevolking was zelfbewust, geen angstige, bange mensen zoals in Mozambique. Weer was hij bestemd voor het klein seminarie, en kreeg eerst een pastorale ervaring in de parochie Nambuma. Dit was een grote parochie met 4 priesters en 10 goedgevormde Catechisten voor 30.000 Katholieken en 5.000 geloofsleerlingen in 23 kerkdorpen. Het werd een gelukkige tijd voor hem met veel persoonlijk en vrij contact met de bevolking.

In juni 1973 ging hij naar het klein seminarie te Mtendere in het bisdom Dedza, met ook studenten van het bisdom Lilongwe. Hij had 28 lesuren per week in Godsdienst/Bijbel, Engels en Latijn, en was belast met de sportactiviteiten (4 voetbalvelden, 3 tennisbanen, 4 volleybal terreinen en een basketbalveld !) voor ca 200 studenten. In 1975 gingen er 12 van de 25 in de eindexamenklas naar het groot seminarie.
Hij schreef september 1975: “Ik heb me als priester altijd gelukkig gevoeld. (…) Een missionaris is een bruggenbouwer tussen menselijke samenlevingen om zo het Rijk Gods te helpen vestigen. Hij leeft op de grenzen van culturen (…) zowel in eigen huis als daarbuiten een gast, een gezondene”.
Dat jaar vroeg hij een sabbatperiode, en tekenend voor die tijd voegde hij er aan toe dat het “niets te doen heeft met een verkapte voorbereiding tot ambtsverlating of huwelijk”!
Van september 1975 tot juni 1976 volgde hij Missiologie aan de Universiteit van Nijmegen, en keerde terug naar zijn seminarie werk in Mtendere, nu om Bijbelkennis en aardrijkskunde te geven. In 1977 kregen zij de eerste Malawiaan als rector; vanaf februari 1980 wilde de bisschop hem dichter bij zich als raadsman en werd Pieter waarnemend Rector. Hij schreef maart 1980: “Ik doe mijn best om in alles zoveel mogelijk mezelf te blijven en geen ‘rector’ allures aan te kweken”. Dit was niet gemakkelijk omdat hij een neiging had tot perfectionisme, en moeite om ontspanning te nemen.
Vanaf eind september 1981 moest hij ook voor korte tijd invallen als assistent regionaal overste voor Malawi. Vanaf juni 1983 kon het seminarie aangesloten worden op het landelijke net en hadden zij 24 uur per dag elektriciteit. Hij schreef maart 1984: “Er wordt goed les gegeven en flink gestudeerd. De boerderij floreert: we hebben voldoende en gevarieerde voeding voor de studenten”.

Februari 1986 werd hij benoemd voor de Kanengo gemeenschap in de bisschopsstad Lilongwe om op 5 middelbare scholen en de universiteit van de stad, enige colleges godsdienstvorming te geven. Op zondagen assisteerde hij in de parochie; ook werd hij de econoom van de huisgemeenschap. Hij schreef juni 1986: “Het werk bevalt me erg goed. Ik ben mobieler dan toen op het seminarie. Mijn werk van nu heeft niet die drukkende zorg van weleer. De ervaring van het afgelopen jaar heeft mij geleerd dat de kaars niet lang aan twee kanten tegelijk kan branden. Ik houd daar ook terdege rekening mee”.
In de huisgemeenschap was hij een uitstekende econoom die alles zorgvuldig en tot in de puntjes regelde. Meerdere malen schreef hij hoe belangrijk dat voor hem was. Zo in januari 1996: “Ik doe er alles voor om een goede sfeer te scheppen in huis, dat in alle eenvoud er verzorgd en schoon uit moet zien. Een communiteit moet een thuis zijn”. Voor de scholen organiseerde hij een mobiele bibliotheek met literatuur over Jezus en over de kerk. Er werd veel gebruik van gemaakt. Bij de Katholieke leraren van de diverse instellingen ging hij op gezinsbezoek. Vanaf 1992 was hij ook de Jongeren Pastor voor het hele bisdom. Bij de viering van zijn zilveren priesterjubileum in 1988 moest hij dikwijls denken aan het verhaal van de broodvermenigvuldiging, hoe Jezus het eenvoudige aanbod van die jongen met 5 broden en 2 vissen zo graag aannam.

Vanaf januari tot en met juni 1997 werd hij gevraagd om 9 Malawi Witte Pater kandidaten te begeleiden die hun middelbare school beëindigd hadden en zich voorbereidden op hun verdere internationale vorming.

In september 2000 kwam hij op verlof naar Nederland met de bedoeling daarna terug te keren naar Malawi. Na rijp beraad en advies besloot hij om voorgoed in Nederland te blijven. Hij schreef april 2001: “Ik mag met dankbaarheid terugkijken op mooie en goede jaren, zowel in Mozambique als in Malawi”. In juni dat jaar ging hij naar de Witte Pater gemeenschap in de parochie Lage Mierde voor pastoraal werk; hij werd er ook de zorgzame huiseconoom, en hun vertegenwoordiger in de Provinciale Werkgroep voor “ Vrede – Gerechtigheid – Zorg voor de Schepping” . De Witte Paters bedienden er 3 kerkdorpen en 2 verzorgingshuizen maar een ervan, in Bladel, ging Pieter regelmatig en raakte er zeer aan gehecht. Zij namen deel aan allerlei dorpsactiviteiten en hadden zodoende vele en goede relaties. Door regelmatige bijeenkomsten hadden zij een goed contact met de andere pastoraal werkenden in het dekenaat. Pieter was er graag en ervoer er het Rijk van God op te bouwen samen met allen.
Geleidelijk aan begon zijn gezondheid steeds meer af te nemen en in november 2010 verhuisde hij naar Heythuysen. Daar bracht hij graag zijn tijd door in de leeskamer.

“Je zult kracht ontvangen en mijn getuigen zijn”,
Hand. 1,8

De uitvaart zal zijn op donderdag 10 september om 14:30 uur in Heythuysen, waarna begrafenis op het missiekerkhof van St. Charles, Heythuysen.

Namens de familie,Paters,

Fam. Wels - van Roessel
De Dommel 17
5052 VA Goirle

Namens de Witte

Pater W. Wouters w.p.
Modestusstraat 20
5101 BP Dongen