Homepagina > Onze overledenen > Jaar 2014. > Pater Carol Vismans overleden.

Pater Carol Vismans overleden.

vrijdag 7 februari 2014, door Webmaster

In medeleven en dankbare herinnering,

delen wij U mede dat

Pater Carol Vismans
(Carol Herman Maria),

van de Missionarissen van Afrika
- Witte Paters,

op 5 februari 2014 is overleden.


_

Carol werd geboren op 10 april 1931 te Rotterdam. Om missionaris te worden volgde hij de opleiding in onze vormingshuizen van Sterksel, St.Charles bij Boxtel, Algiers, Thibar en Carthago in Tunesië, waar hij zich op 17 juni 1958 door een missionariseed verbond aan onze Sociëteit.
Hij werd gewijd te Rotterdam op 2 februari 1959.

Drie broers van zijn vader waren Dominikaan. Een broer van zijn moeder ook en een ander was priester van het bisdom. Carol wou en zou Witte Pater worden. Hij had een gezond oordeel. Tijdens zijn vorming typeerde men hem als zeer gevoelig met een rijke verbeelding. Hij had een sterke wil, was een harde werker, iemand op wie je kon rekenen; hij wilde alles graag zelf tot in de puntjes regelen. Hij legde gemakkelijk contact, en was steeds bereid een dienst te verlenen. Hij had gevoel voor decoratie en was goed in zingen.
Op 3-9-1959 vertrok hij naar Burkina Faso, het bisdom Koudougou, de parochie Reo om er de cultuur en taal te leren en voor pastoraal werk. Reo is een grote parochie met 8.000 Katholieken in 56 kerkdorpen.

Vanaf eind mei 1961 was hij enige maanden in de parochie Imansho. Naast de taal die hij al kende spraken zij daar ook een andere taal, die Carol meteen begon te leren. In beiden werd hij goed.

Eind dat jaar 1961 verhuisde hij naar de parochie Yako met 2.000 Katholieken en meer dan 1.000 geloofsleerlingen. Hij schreef 10-8-1963: “Ik ben bijna 2 jaar in Yako en begin me nu bij de Mossi thuis te voelen”. Oktober 1965 ging hij terug naar Reo. Juist toen werd de eerste dupliceermachine aangeschaft voor teksten bij de vorming van de Katechisten (86!) van de kerkdorpen, de maandprogramma’s, teksten voor de eredienst,

… Eind september 1967 verhuisde hij naar een andere parochie: Leo.
Op 1-11-1971 verhuisde hij als pastoor naar de parochie Tenado. Rond het parochiecentrum lagen een aantal kerkdorpen met ongeveer 2.500 Katholieken. De gewoonten, gebruiken en taal van de bewoners waren nog niet echt bestudeerd. Dat ging hij met drie medebroeders nu dus doen. Daarbij gingen zij mee bouwen aan een menswaardig bestaan van velen die nog verstoken waren van de meest elementaire levensvereisten.
Op 4-11-1973 verhuisde hij naar de parochie Yako, Hij vond er het Legioen van Maria en een Katholieke jeugdbeweging; Carol lanceerde de niet-godsdienstgebonden Scouts. Hij richtte een graan-bank op als reserve voor de moeilijke maanden, en van de kleine winst konden zij graan uitdelen aan armen en zieken. Vanwege watertekort begon hij 20 waterputten te laten slaan van 12 à 15 meter diep, en 2.000 bomen planten waarvan de vrucht bovendien zeer proteïne- en vitamine-rijk was. Zij bouwden een huis voor de Katechist in elk kerkdorp met eenvoudige materialen om het als model te laten dienen voor de andere dorpelingen. Hij schreef 8-2-1978: “Je staat er iedere keer versteld van hoe men hier, ondanks armoe en onoplosbare problemen, blij, gastvrij, spontaan en actief blijft”. Zijn regionale overste schreef over hem: “Carol is een ware herder, en neemt goede initiatieven”.

Op 10-5-1979 keerde hij weer terug naar Tenado, dat nu ruim 6.000 Katholieken telde (6 jaar later waren het er 10.000). Ook hier richtte hij een graan-bank op; het duurde wel twee jaar vóór de meesten er het nut van inzagen, maar in 1981 wilde iedereen er lid van worden.
Toen richtte hij een volksapotheek op waar leden voor een kleine jaarlijkse contributie een 30-tal meest noodzakelijke medicijnen voor een geringere prijs konden kopen. Van elk kerkdorp vormden 2 afgevaardigden het actiecomité om de volksapotheek bekendheid te geven en te beheren.

Op 2-2-1984 vierde hij zijn zilveren jubileum samen met een Catechist die ook in 1959 begonnen was.

In 1986 werd Carol benoemd tot Ridder in de orde van Oranje Nassau; en in 1989 ontving hij de Zilveren medaille van Verdienste van de Republiek Burkina Faso.
In de 10 jaar dat hij in Tenado was realiseerde hij naast en door zijn pastorale werk samen met de bevolking 7 dorpskerken, 65 waterputten, 5 dijken om regenwater op te vangen, 4 dijken in aanbouw, 13 graan bankjes met vergaderzaal, 3 gemeenschapscentra, 2 apotheken, 2 kraam klinieken, 1 hostel voor leerlingen, en een 12-tal Catechistenhuizen met een lapje grond.

Op 15-8-1989 verhuisde hij terug naar Leo. Dus begon hij in 1992 in samenwerking met de Internationale Taalkundige Organisatie aan het vertalen van het Nieuwe Testament in de Nuni taal. Hij schafte er een computer voor aan die werkte op zonne-energie. Hij schreef december 1992: “Het vraagt wel veel tijd. Het bisdom had inmiddels 45 eigen priesters; in 1994 werd besloten Leo te overhandigen aan de inlandse priesters.
In januari 1995 kwam hij voorgoed terug naar Nederland en werd gevraagd voor ons Missionair Project in Den Haag. Geert Groenewegen van de Witte Paters was daarmee begonnen samen met een pater van SVD. Vooral in de Schilderswijk woonden vele immigranten (80%). De Witte Paters namen een woning in het midden van de doel wijk en Carol voegde zich als derde bij hen. Hun ideaal was een bemiddelingsrol te spelen tussen de immigranten (velen uit Afrika) en de eigenlanders vanuit hun Katholieke inspiratie. Vanwege de grote verschillen in taal en cultuur werkten zij toe naar een “gemeenschap van gemeenschappen”. Binnen dat project werd Carol per 1996 benoemd voor de pastorale zorg in de Antilliaans-Arubaanse gemeenschap, 11.000 personen in Den Haag en omstreken. Hij leerde de taal Papiamento en ging in die taal voor, in erediensten.

In 2002 werd hij gevraagd in Dongen een website voor de Witte Paters op te zetten. Vanaf juli deed hij dat met verve, soms letterlijk dag en nacht. Hij verzamelde stapels informatie en foto’s om die op het web te zetten. In de weekeinden ging hij nog regelmatig voor in de Antilliaans-Arubaanse gemeenschap. Hij zette zo graag gezangen in tijdens de eredienst dat de Broeders, toen zij nog naast ons woonden, hem “de zingende pater” noemden.
Bij zijn gouden jubileum in 2009 koos hij Johannes 15,11-17 waarin het vers: “Geen groter liefde kan iemand hebben dan deze, dat hij zijn leven geeft voor zijn vrienden”

In 2009 ging hij in Heythuysen wonen. In Augustus 2010 moest hij het auto rijden opgeven, en niet veel later ook zijn pastorale werk in de Antilliaans-Arubaanse gemeenschap. Geleidelijk aan ging zijn toestand achteruit. Op Zondag 2 Februari ontving hij het sacrament van de zieken. Op woensdagmiddag 5 Februari, stierf hij in de aanwezigheid van José en Annie, die hem de laatste maanden hebben begeleid.

“Ik had honger …, Ik had dorst …, Ik was vreemdeling …” Mt.25,35

We zullen voor Carol een uitvaartdienst houden op dinsdag a.s. 11 februari om 14:30 uur in de kapel van St. Charles te Heythuysen, waarna we hem te ruste zullen leggen op onze missie-begraafplaats aldaar.

Namens de familie (correspondentie adres)
Mevr. Cecile Trouwborst-Vismans
Seine 49,
2911 HG, Nieuwerkerk aan den IJssel.

Namens de Witte Paters
Wim Wouters, w.p. sector overste