Avondwake

Afscheid van Nico Kragten.
Dongen, 21 januari 2005.

Welkom aan u allen die Nico een warm hart toedragen. Ja, inderdaad, hier staan we dan weer opnieuw. Vijf dagen na de begrafenis van Jan van der Geest op 13 januari, kreeg onze gemeenschap van de Missionarissen van Afrika in Dongen opnieuw een gevoelige knauw, toen we op 18 januari Nico Kragten moesten afstaan. Nico Kragten

We willen vanavond samen hem dankbaar gedenken.
Twee medebroeders binnen bijna één week: dat komt hard aan. Toch zijn wij er van overtuigd dat zij beiden in Gods hand geborgen zijn; we willen en kunnen daarom niet opstandig zijn, maar als mens en medebroeder zijn wij wel bedrukt en verdrietig om hun heengaan.

Met een dankbaar hart willen we
dan ook samen Nico gedenken, en troost putten uit ons samenzijn rond hem en de verrezen Heer, en daartoe heet ik u allen van harte welkom.

Gebed:

Goede God en Vader, kom ons op deze avond tegemoet met uw genade en uw licht, nu wij waken bij onze medebroeder Nico Kragten die ons door de dood is ontvallen. Wij bidden u voor hem: neem hem op in het licht van uw aanschijn, doe hem delen in uw toekomst. Wij kunnen niet geloven dat zijn leven tevergeefs voorbij is gegaan en dat alles wat hij voor zoveel mensen betekende, hier zowel als in Burundi en Tanzania, nu verloren is. Wij houden ons vast aan uw Woord dat Nico zo vaak heeft verkondigd en van waaruit hij ook leefde. Laat dat woord ook voor ons een richtsnoer zijn in het leven. Dat vragen wij U in de naam van Jezus, die ons naar U is voorgegaan en die bij U leeft in eeuwigheid.
Amen.

Ritus van het licht:

Staande bij wat ons van Nico is gebleven, willen wij vanaf de Paaskaars een aantal kleinere kaarsen ontsteken. De vlammen van die kaarsen vormen samen het levensvuur dat Nico heeft gedreven. Samen vormen zij een vurig teken van hoop……

1.    De eerste vlam is die van de opgaande zon. Ieder mens wordt geboren om licht en warmte door te geven. Zo ook Nico, geboren op 19 mei 1936 in Utrecht.

2.    De tweede vlam is die van de taal. Mensen zoeken elkaar met vurige woorden om te leren geven en ontvangen, om te spreken, te horen van liefde en geborgenheid, om te getuigen van gerechtigheid. Woorden ook van boosheid, van verzet tegen lijden en onrecht, van vechten voor een beter leven in en om je heen, zolang je kunt. Woorden van verlangen in de mens naar vrede en geluk, dichtbij en veraf.

3.    De derde vlam is de vlam van de liefde die de mens leert te beminnen, en die ziel en lichaam aangrijpt om in hoop en wanhoop te zoeken naar liefde en een minzaam houvast.
na het ontsteken van de kaarsen
4.    De vierde vlam is die van de hoop, die mensen op de been houdt; hoop om het beloofde land te zien, een geheelde en herschapen wereld, waarin het Godsrijk werkelijkheid wordt.

5.    De vijfde vlam is die van de Eeuwige, de Onuitsprekelijke; Hij die zijn vonken uitzendt in al wat leeft, tot in iedere mens, en die niet zal doven wat Hij eenmaal ten leven heeft ontstoken. Moge het vuur dat in Nico leefde door ons verder worden gedragen, als een licht dat verlicht, als een vuur dat warmte geeft.

Onuitsprekelijke, wij danken U voor het leven van Nico, voor wie hij was, voor wat hij deed, voor al wat hij betekend heeft en nóg betekent voor zoveel mensen hier en in Afrika, voor al wat hij had en heeft, juist nu, met U. Wij danken U voor het licht dat hij geworden is, afglans van Uw licht temidden van ons….

Overweging

Nico was een man die ruim 40 jaar lang trouw is geweest aan zijn missionaire opdracht in Burundi, in Tanzania en hier in Nederland; hij was een man die in zijn leven geleerd had dicht bij de Christusfiguur te gaan staan die hem inspireerde en waar hij ook vertrouwelijk mee omging.
I
k geloof dat hij veel meer bad dan wij konden vermoedden - ik zou haast zeggen: hij deed het bijna stiekempjes, zonder op te willen vallen. Wij zagen dat tijdens het afgelopen jaar toen zijn ziekte al toegeslagen had; maar hij moet lang daarvóór hier al mee begonnen zijn: tijdens zijn actieve missionarisleven in Burundi en later in Tanzania.

Want contemplatie en geestelijke verdieping dat leer je niet zo maar in een paar jaar. Regelmatig schuifelde hij dan ook, hier of in Huize Glorieux, moeizaam - met of zonder rollator - bijna onopvallend naar de kapel.

Vier en dertig jaren actief missionarisleven had hij achter zich in Burundi en Tanzania. Over de trauma’s die hij in Burundi te verwerken kreeg liet hij niet veel los:... aan handen en voeten gebonden... geblinddoekt... met de dood bedreigd...

Hij sprak daar alleen maar over in losse korte opmerkingen, en begon dan gauw weer ergens anders over. Die moeilijke periode in zijn leven is hij met pijn en moeite, maar ook met geloof en vastberadenheid, te boven gekomen, maar het heeft hem wèl getekend.

Ondanks dat alles wist hij toch die positieve, biddende geloofshouding te behouden, die mij persoonlijk in Nico steeds heeft getroffen gedurende die twee en een half jaar dat ik hem hier heb mogen kennen en meemaken: hij was wars van alle zweverigheid; hij stond met beide benen stevig in de realiteit van het leven, daarvoor had hij, vooral in Burundi, te veel meegemaakt. Burundi heeft hem getekend.

Hij kon soms scherp en zelfs wat sarcastisch overkomen; tóch een man die wist te relativeren; een man ook die zich niet gemakkelijk meer bloot gaf. Daarom kun je beslist niet zeggen dat hij verbitterd was. Hij was er te zeer van overtuigd dat het in zijn missionarisleven (net als bij Johannes de Doper) niet om hem zelf ging, maar om de Christus die hij verkondigde.

Zelfs toen het begin van zijn ziekte zich openbaarde en hij zich nog niet realiseerde dat die ziekte hem fataal zou worden, wilde hij aanvankelijk er niet eens aan denken om naar een dokter te gaan. Daarvoor was hij te weinig op zichzelf gericht: het ging hem om anderen. Daarom zocht hij contacten en sloot hij vriendschap met mensen. En zo was hij missionaris in hart en ziel.

Nico heeft beslist zijn aandeel gehad in de moeilijkheden die zich kunnen voordoen op de levensweg van een mens die zich geroepen weet om anderen te doen delen in wat hem bezielde. Hij leerde ook de pijn en de moeilijkheden kennen die een slopende ziekte een mens kan aandoen, en die hem langzaam maar zeker zijn krachten ontnam. Hij vocht er tegen, maar hij ging er niet onderdoor.

Maar er zijn grenzen aan wat een mens lichamelijk en geestelijk op kan brengen, en tijdens zijn laatste dagen zei hij dan ook tegen zijn vriend Harrie: “Ik ben echt op!”

in memento Nico, bedankt voor je missionaire inzet en je vriendschap; bedankt voor wat je voor ons was: een mens, door het leven getekend en er beter uit naar voren gekomen. Wij doen niet aan grafschriften, maar als er een zou moeten komen, dan denk ik dat er geen beter grafschrift zou kunnen zijn dan dat wat er gegrift is in de harten van je medebroeders.


Dit is dan het grafschrift dat we in ons hart mee willen dragen: "De aarde is een dierbaar mens armer geworden, maar de hemel is een ster rijker!"

Veel zorgende handen en liefhebbende harten hebben Nico, hier en in Huize Glorieux, gedragen tot aan de grens van het leven. Dank aan al die lieve mensen. Nu heeft God het van ons overgenomen. Hij is in goede handen.

Uitgesproken door Piet van der Pas

Voorbeden:

Bidden we nu voor Nico en al degenen die hem dierbaar waren:

1.    Bidden we voor Nico, die tijdens zijn leven zich met woord en daad heeft ingezet om Gods Rijk van vrede en gerechtigheid zichtbaar te maken voor mensen in Burundi en Tanzania; dat hij nu zelf deel moge hebben aan datzelfde Rijk dat eeuwig duurt. Laat ons bidden: Heer, onze God, wij bidden U verhoor ons.

2.    Bidden wij voor zijn familieleden die hem dierbaar waren, alsook voor de bejaarden van Mariëngaerde in Tilburg, die hij zo trouw bezocht en begeleidde; dat de Heer hen allen mag bewaren in zijn liefdevolle en beschermende hand. Laat ons bidden…

3.    Bidden wij voor al diegenen die Nico de afgelopen tijd zo kundig en zo liefdevol hebben opgenomen en verzorgd, en met name noemen we de broeders van Glorieux en de verpleegkundigen van hun ziekenafdeling; dat de Heer hen allen loon naar werken moge geven. Laat ons bidden….

4.    Bidden wij voor al die ernstig zieken die, net zoals Nico, een zwaar kruis moeten dragen en voor allen die zorgend rond hen staan; dat ze met geduld het onvermijdelijke kunnen doorstaan en de moed niet verliezen, en dat ze altijd kunnen rekenen op onze aandacht en hulp. Laat ons bidden….

5.    Bidden wij tenslotte voor onszelf; dat wij in onze omgang met elkaar Gods liefde en trouw mogen uitstralen, die in Christus zo concreet en tastbaar geworden is, en waarvan wij getuigen moeten zijn. Laat ons bidden….


God van leven en licht, laat een straal van uw heerlijkheid doordringen in de duisternis van deze wereld en geef ons zo uitzicht op uw heerlijkheid vandaag en in eeuwigheid. Amen.

De Gebedsdienst werd voortgezet met lezingen, gebeden en zegening van de baar:

Ten afscheid.

Hier staan we dan voor het laatst met Nico in ons midden in deze kapel. In tastend geloof spreken wij uit, dat dit niet het einde is, maar dat onze God een God van levenden is. Meer dan het lichaam is ons de naam gebleven: die naam spreken wij hier uit met warmte en vriendschap:

NICO

In onze diepste herinnering zal je naam blijven leven
en voortbestaan.
Wij geloven, God, dat Gij deze naam voor eeuwig kent,
die naam waarmee hij gekend wordt, ook al is hij gestorven,
die naam die Gij ook geschreven hebt in de palm van Uw hand.
Onze hoop is, dat Gij God, aan hem en aan ons allen een nieuw leven geven zal.

Om te getuigen van ons geloof in de verrijzenis, besprenkel ik zijn lichaam met het water van bevrijding en leven: "in de naam van de Vader, en de Zoon en de heilige Geest."
En wij bewieroken zijn lichaam, zodat hij in U mag verrijzen in geur van heiligheid.

En als laatste gezang voor de zegen van de aanwezigen werd het speciale "Witte Paters-Magnificat" gezongen.

Webmaster-NL

Vorige pagina